Door Lisanne – Yes, de tijd is eindelijk aangebroken. We zijn op de helft. We mogen nu echt beginnen met aftellen. Mijn man is al veel eerder begonnen met aftellen, begin januari zei hij al tegen mij ‘schat we zijn op de helft, we kunnen aftellen’. Nou daar ben ik even goed tegenin gegaan, we waren toen nog lang niet op de helft.
Aan de ene kant zijn de afgelopen maanden snel voorbij gegaan. Het zijn drukke maanden geweest. In december hadden we elk weekend wat en in januari ging dat ook zo door. Het is nu februari en deze maand staat alweer vol gepland met leuke dingen. Op de één of andere manier moeten we onszelf toch een beetje bezig houden.
We zijn op de helft
Ook al ben je druk, het maakt het er allemaal niet makkelijker op. Afgelopen maand heb ik vaak het gevoel gehad dat het nu wel lang genoeg is geweest. Het is tijd dat mijn man weer thuis komt. Ons zoontje gaat door allemaal verschillende fases heen, de een is wat makkelijker dan de andere fase. Hij leert en ontdekt nieuwe dingen. Maar helaas zijn de voorgaande dagen dan heel zwaar. Dan heb ik een kindje die alleen maar aan het huilen is, hij heeft het zo moeilijk met zichzelf. Hij wil bij me zijn, maar ook weer niet.
Mama
Hij roept alleen maar mama, mama, mama. Geef je hem aandacht, dan wil hij dat niet, laat je hem met rust dan is het ook niet goed. Heel frustrerend als je deze periodes in je eentje doormaakt. Gelukkig is ons zoontje over het algemeen een heel vrolijk kereltje. Hij kan zichzelf zo goed vermaken en is druk aan het oefenen om zelf te gaan lopen. Het zou leuk zijn als hij lopend papa tegemoet komt over een paar maandjes.
Aanslag
Paar weken geleden is er een aanslag geweest naast het kamp waar mijn man zit. Gelukkig was het heel snel bekend dat er geen Nederlandse slachtoffers waren, maar helaas zijn er wel veel andere dodelijke slachtoffers gevallen. Ik heb vrij snel met mijn man kunnen bellen en dat was fijn. Hij gaf aan dat het een hele heftige bom is geweest, ze hebben het goed gevoeld. Met zo’n aanslag komt het weer even extra binnen, hij zit in een oorlogsgebied.
Maar vanaf nu kunnen we gaan aftellen. We zijn op de helft. Helaas spreken we niet in dagen, maar nog steeds in maanden. Maar we zijn over de helft. Ik ben trots op mijn man dat hij daar zit, ik ben trots op mijn zoontje dat hij zo vrolijk en lief blijft. Natuurlijk ook een beetje trots op mezelf dat ik het allemaal red zonder mijn man.